zondag 22 juli 2012

game set match

Wij zijn aan elkaar gewaagd, mijne mens en ik.

We zijn dit jaar 20 jaar samen en hebben zodoende al de nodige watertjes doorzwommen. Sommige van die watertjes waren helder en verfrissend, anderen eerder troebel. We hebben 4 prachtige kinders gemaakt, een huis gebouwd en we zijn nog steeds samen.

We zijn ook twee klunzen. Dat ik dat was, is hoogstwaarschijnlijk al duidelijk uit een paar van de verhalen, die ik hier neerschreef. Maar dat mijne mens dat was...dat hadden jullie waarschijnlijk niet verwacht. Hij maakt toch van die mooie dingen. Hij is toch handig?!?

Is ie ook! Maaaaaar hij heeft ook de nodige dingen kwijtgedaan en gemolesteerd (soms uit kolère, soms per ongeluk). Bijna elk van zijn vingers verteld een verhaal over één van zijn bouwsels. Hij is een warhoofd, komt 's morgens drie keer terug binnen omdat hij dingen vergeet. Waarop verwarde kinderhoofdjes vroeger nog opkijken en zeiden: "Hei, papa zijt ge al terug?" En ze nu soms rollen met hun ogen, "weeral iets vergeten, zeker?".

Ik zou zo nog wat dingen over hem kunnen vertellen, over hoe hij bv. ooit in Engeland kippenbillen bestelde in een supermarkt en vroeg om "six chickenbutts, please", maar ik doe het beter niet. Kwestie van hem nog een jaar of 20 als lief te houden.

Waar ik eigenlijk naartoe wil is het volgende: ik ben de winnaar. Als we een wedstrijd hielden voor het meest/ernstigste klunzige feit van pakweg de laatste 3 maanden, dan win ik met voorsprong.

Hij heeft natuurlijk de sleutel kwijt gedaan van de grote auto, maar dat is dan ook zo'n stom plaatje, dat doet iedereen op den duur wel eens kwijt. Om dit te counteren ben ik dan ook maar mijn sleutelbos kwijtgeraakt (af en toe moet ge uw lief wat gunnen). Hij heeft hem drie weken later teruggevonden in het mandje van mijn fiets (dank mijn mensje). De meeste sleutels verroest, maar nog te gebruiken, behalve de sleutel van.... mijn auto. Daar zit een batterij in en dat kan niet tegen regen, zo'n batterij.

Verder heeft de creche van nr 4 nu allemaal roze hoeslakentjes, een paar gelukkig mooi egaal roze, een paar gewolkt.

Maar de moeder van alle klunzigheden, komt nog. Pfffff, morgen denk ik. :-)


zaterdag 7 juli 2012

en de saga continues...

Deze ochtend om 9.00 uur rinkelt mijn gsm:

A. (vriendinnetje van Maya): Hallo Katrien, er is iets geks gebeurd!

Om wat nu komt volledig te apprecieren moeten we eventjes terug gaan in de tijd.
Dit doe je best door drie vorige posts te lezen voor de lange versie...
of door snel mijn samenvattingkje te lezen (samanvattingkje: nieuw huis met grote tuin, vader maakt hok voor achtereenvolgens: Vlaamse reus, cavia, nog een cavia die wegloopt, dus een nieuwe cavia, weggelopen cavia komt terug, slechts 1 van de drie blijkt een vrouwtje te zijn, een vrouwtje dat 4 doodgeboren jongen baart, baasjes doen niks, vrouwtje baart weer 4 jongen,...

Tot daar ging mijn verhaal.

Het vrouwtje werd apart gezet met haar jongen. Die jongen mochten 4 weken bij haar blijven en geen seconde langer want vanaf dan zijn ze weer geslachtsrijp.

De dierenarts werd bezocht en wist te melden dat het 2 jongetjes waren en 2 meisjes.  Er werd een papier in de school van de kids opgehangen met een foto van vier keischattige cavia-baby's en een adoptie-oproep. Er werden vlug 3 baasjes gevonden.  2 baby-jongens voor R., een baby-meisje voor M., en een baby-meisje voor L. die gelukkig wat doorzaagde zodat haar moeder oook de mama-cavia erbij nam. Dit speelt zich allemaal eind mei af.

We springen even verder naar 1 juli. L. gaat naar Spanje voor een week en vraagt aan A. om op haar twee cavia's te babysitten. En het is die A. die hier 4 alinea's hoger in licht euforische paniek aan de lijn hangt.

Wie raadt wat ze te melden heeft, krijgt een baby-cavia!

dinsdag 3 juli 2012

Zie ginds komt de vraag er weer aan...

Ai ai, da's echt wel al lang geleden dat er hier nog iets gebeurde! En met hier bedoel ik op deze blog en niet in mijn leven. Want in mijn leven was het behoorlijk druk, waardoor het hier, op de blog dus, zeer stillekes was.

Of daar de komende twee maanden veel verandering in zal komen weet ik niet. Ik heb van nu tot half augustus verlof, dus tijd genoeg, in principe, maar er zijn wel vier kinderen thuis.....

Maar waar ik eigenlijk over wilde schrijven was het volgende:

Het was warm. Een echte zomerdag. Het was ook de laatste dag van het schooljaar. Die laatste dag eindigde 's middags. Na een hectische rit met een hysterische peuter langs twee lagere scholen, waren we eindelijk thuis. De peuter kreeg eten, smeet ermee en werd daarop zonder pardon in bed gezwierd.

De drie lagere schoolkinderen kregen boterhammen, smeten met verwijten naar elkaars hoofd en vlogen zonder pardon naar buiten om elkaar daar verder het leven zuur te maken. Vakantie, daar moet je altijd even aan wennen.

Ik zit eventjes achter het scherm van mijn computer. Ik bekijk mijn mails en plots staat mijn zoon naast mij.

Kaan: Ik weet al wat ik voor Sinterklaas wil!
Ik: Amai,nu al ?
Kaan: Yep, ik wil Skylanders en voor mijn verjaardag ook.
Ik: Ok
Kaan: Mamaaa, bestaat Sinterklaas echt?

En daar is ze weer! Die vraag die ik nog maar één keer eerder kreeg. Drie jaar geleden, tijdens de blijde intrede van de Sint. Tussen een meute hysterische kleutertjes ("ik zie de Siiiiiiiiiiint!!!") stond ik toen met mijn oudste broedsel. Die dat moment koos, op die plaats, tussen al die onschuldige en goedgelovige kindertjes om, vrij luid, deze vraag te stellen.
Ik zei haar toen dat we het daar thuis wel over zouden hebben, maar mijn verschrikte blik en het onvermogen om direct te reageren, had het antwoord al verraden. Ze huilde een beetje toen we het daar later over hadden. Ze was er vlug overheen, over het verraad, want zo een geheim delen met uw ouders, dat is ook behoorlijk fijn en volwassen.

Ik heb die vraag daarna niet meer gehad. Broedsel nummer twee is nochthans  maar een jaar jonger. Ze geloofde er echter nog zo hard in en ze was een tijd lang zo ongelukkig met haarzelf en het leven, dat ik het maar zo liet. Ik wou haar nog wat beschermen. Ik zag haar al (zo als de zoon van een collega) dagenlang somber door het huis dwalen omwille van al die leugens die haar ouders haar hadden verteld.

En daar was ze dus weer: die vraag. En niet op een sombere en kille winterdag ergens in oktober, neen op een superwarme vakantiedag in juni! En wederom wist ik niet wat te doen. De vragensteller in kwestie, mijne zoon, kan geen geheimen bewaren en is echt nog wel jong (1e studiejaar). Maar ik heb mij altijd voorgenomen om het gewoon eerlijk te vertellen dat ik gelogen heb :-) en niet in bochten verder te liegen om de leugen in stand te houden.

Verder ben ik dat hele sinterklaas-gebeuren kotsbeu. Ik heb mij al ontelbare keren versproken, vergat al eens de schoen te vullen, enz...

Ik had nog maar net gezegd dat ik eigenlijk Sinterklaas was en mijn enige mannelijke gebroed, spurt naar zijn zus (diegene die het nog niet wist omwille van mogelijk dramatische gevolgen) en zegt: "wist gij da al van Sinterklaas????"

Finn: "Duh, dat weet ik al lang!!!" "Ge denkt toch nie dat er iemand bestaat die over daken kan lopen en bij al die kinderen op één nacht speelgoed kan leggen???"

Tot zover de onschuld van mijn kinderen of hoe op een warme eerste vakantie-dag plots drie van mijn kinderen weet hebben van de leugen omtrent die goedheilige man.
Ik kan nu pakweg twee Sinterklasen vieren zonder de leugen in stand te moeten houden en dan is nummer vier oud genoeg om in leugens te geloven. Gelukkig heb ik dan drie handlangers.